Democritus aan je huis'lijke pantoffels lappen...

Het moet me van het hart: Dat de mens - en ik reken mij zodanig graag - soms toch voor gekke situaties kan komen te staan. Denk je een fijne vrije Zondag te hebben, met thee, koekje, afwas en zo, en dan belt de R.O.N. je met het vriendelijk verzoek aan een vragerijtje mee te doen.

Dus zit je zo tegen zeven uur voor dat stomme metalen ding, dat alles wat je zegt zo maar even de wereld in zal slingeren. Ten aanhore van allen, die toevallig de regionale omroep hebben aanstaan. En mét je zitten ook je collega's van de andere plaatselijke bladen mitsgaders die van de omroep zelf te beven als juffershondjes, zeer ten pleziere vanhet vrouwelijk element in de studio, dat haar hart ophaalt aan de nervositeit van die Grote Mannen, die menen de (sport) welenschappen in pacht te hebben, om echter te ervaren, dat „wij", tenslotte niet alles kunnen weten, om met Horatius te spreken. Vooral niet als achter je twee manspersonen met grijnzende aangelaten alsmaar vragen zitten op te nemen van stiekemerds. die Democritus aan hun huis'lijke pantoffels lappen en ondanks diens wijze raad: „begeer niet alles te weten, opdat gij niet in alles onwetend blijft", toch maar doorgaan die Alles-weters voor de microfoon eens even te testen. Daarbij gesterkt door de schitterogende Anneke Bouwman, die niet kennelijk genoegen de vragen lanceert en, gelijk Baas Stappershoef, temidden der soms Poolse landdagachtige zitting maar lonkjes zit te geven aan het adres van de - onzichtbare - schare luisteraars(sters); een muur van vijandigheid oprichtend jegens de transpirerende sportscribenten, die met veel geween en knersinge der hersenen tot antwoorden komen. Althans nu en dan. Want soms zweeg - in feite - de Pers, waarschijnlijk, mét de Arabieren, van oordeel dat het antwoord aan dwazen zwijgen is. En, nou ja, ook kwam er wel een doodenkele keer iets verkeerds via de aether in de huiskamers, zoals Olga Pluto, terwijl Over Again had moeten draven. Frisia werd zelfs vier jaar te vroeg geboren. Enfin, tenslotte is aan het perselijk prestige voldaan en met opgezwollen borst en een 16—7 zege konden de antwoord-mannen huiswaarts keren. In de zekerheid geen grote domoren te zijn, want Voltaire rekent hen tot dezulken, die op alles wat gevraagd wordt, antwoord weten.

O zo.

K.